Een eerste impressie

En ineens was het zover, we zaten in het vliegtuig naar LA. De maanden ervoor leek het nog ver weg, maar toch was daar ineens het moment van vertrek. Veel te snel naar mijn zin, ik wilde mijn kleine jongetjes niet zo lang missen. Nog nooit ben ik langer dan 48 uur bij ze weg geweest en nu ging ik ineens zes dagen weg. Ik had geen idee hoe ik door die hel heen moest komen, maar achteraf viel het mee. Natuurlijk heb ik ze gemist en er was een klein momentje van heimwee. Buiten dat ging het prima, mede ook door het drukke programma dat we hadden.

De vlucht:
Ik zag erg op tegen het lange vliegen. Elf uur in een vliegtuig zitten en helemaal niks kunnen doen, dan zitten en soms een rondje lopen. Om door die uren heen te komen heb ik mijn verstand op nul gezet en ik heb het over me heen laten komen. Lezen, films kijken, een audioboek lezen, eten en op z’n tijd een rondje lopen maakten de lange vlucht dragelijk. Ik zat (een soort van) bij een raampje en heb aan het begin en einde van de vlucht veel kunnen zien. Helaas is er tussendoor alleen maar dichte bewolking geweest.
We hebben nauwelijks turbulentie gehad en de landing was prima. Obstakel 1 was overwonnen!

LAX:
LAX Binnen komen op het vliegveld van Los Angeles is een ervaring apart. Eenmaal uit het vliegtuig gekomen werden we begroet door een levensgrote foto van een vriendelijk lachende Barrack Obama. Ik heb hem een vriendelijke glimlach terug gegeven. Helaas verging me het lachen snel toen we in de enorm lange rij bij de paspoort controle stonden. Net voor ons was een vliegtuig geland van China Airlines. Er stonden daardoor een stuk of 400 voornamelijk Aziatische mensen voor ons in de rij. En het grote nadeel daaraan was dat het erg langzaam ging. De taalbarrière was in veel gevallen een groot probleem en ook met het visum/paspoort klopte het regelmatig niet. Toen we bijna een uur in de rij stonden werden we uit de wachtrij gehaald en mochten we vooraan aansluiten. Bij ons ging de paspoortcontrole heel erg snel en na het halen van de koffers konden we naar de volgende hindernis, het controleren van bagage. We hadden verwacht dat dat grote ellende zou zijn, maar het was juist het tegenovergestelde. We hadden op een formulier in moeten vullen dat we eten bij ons hadden en hadden verwacht dat ze dat gingen controleren. We gaven het formulier aan de douanebeambte, hij keek er naar en wuifde dat we door konden lopen. Eindelijk we waren echt aangekomen in Amerika.

Antelope Valley:
Het gebied waar we gaan wonen heet “Antelope Valley”, dat ligt in de Mojave woestijn. Als je vanuit Los Angeles de bergen doorrijdt kom je in dat gebied. Het is alsof je midden in een film zit als je de laatste bocht vanuit de bergen neemt en dan oog in oog staat met de Mojave woestijn. Het uitzicht is spectaculair, je kijkt tientallen kilometers ver weg en bent omringt door de bergen.

Todd:
De makelaar die ons zou gaan helpen met het zoeken van een huis heet Todd Patterson. Als je een beeld in je hoofd hebt van een echte Amerikaan dan komt Todd misschien wel voorbij. Hij heeft een kantoor in westernstijl, met overal schilderijen en foto’s van de vroegere “cowboytijd”. Op zijn eigen kamer hangen foto’s van dieren die hij heeft geschoten bij het jagen en enorme vissen die hij heeft gevangen. Hij is absoluut groot voorstander van het dragen van wapens, en dat doet hij dan dus ook. Hij woont op een grote ranch met evenzo grote dieren. Hij draagt een grote cowboyhoed en rijdt in een pick-up truck. En met deze Todd gingen wij op pad in zijn pick-up truck.

Het Huis:
Het eeDSC_7616rste huis waar we binnen liepen was meteen perfect voor mij. Ik wierp één blik vanuit de hal naar de andere vertrekken en ik was verkocht, nog voordat ik de rest had gezien. Alles is opnieuw geverfd en er ligt nieuwe vloerbedekking. De kleuren op de muur zouden we zelf uit hebben kunnen kiezen, perfect dus. Vloerbedekking is iets minder perfect, maar ze houden in Amerika nu eenmaal van vloerbedekking. En de vloerbedekking die wij nu krijgen valt nog best mee. Verder is het huis vooral erg groot. Een enorme keuken die groter is dan onze huiskamer nu. Een inloopkast zo groot als een slaapkamer. Drie badkamers, een speelkamer, een huiskamer, 4 slaapkamers, keuken, garage, bijkeuken, voorraadkast en computerkamer. Had ik al gezegd dat het huis heel groot is… Wij gaan ons hier wel vermaken, we zitten alleen met het probleem hoe we het huis gaan vullen met meubels.

Eten:
Het motto van de Amerikanen: “Veel saus, knoflook en olie en alles is te eten.” Eten is hier veel en vet. Ze zijn niet zuinig met zout en suiker en van bijna alles willen ze een grote variant. ’s Morgens vroeg is het al heel gewoon om met een XLbeker frisdrank gezien te worden, verbazingwekkend. Gelukkig zijn wij gaan lunchen bij een zaak waar ze halve sandwiches verkopen. Zelfs die kreeg ik amper op, maar het is beter dan een bord vol eten waar ik 3 dagen mee vooruit kan.

Beessies:
BeesieIk ben een held op sokken als het op dieren aankomt. Dan bedoel ik niet de honden, katten en konijnen, maar vieze kleine kruipende en/of vliegende beestjes. Spinnen zijn een verschrikking, maar ook sprinkhanen, muggen, wespen, salamanders en nog veel meer engerds moeten ver uit mijn buurt blijven. Ik heb in de paar dagen dat we er waren gelukkig maar één spin gezien, een zwarte weduwe, maar deze was al dood. Ook een sprinkhaan, megakevers, een salamander-achtig beest en een killerwesp zijn voorbij gekomen. Na 3 jaar wonen in Palmdale ben ik óf gewend aan de beessies óf opgenomen in een gesticht. De tijd zal het leren.

Verkeer:
Rijden in Amerika is heerlijk. Brede wegen, niet al te veel bochten, vriendelijke mensen (op een enkele uitzondering na)en een overzichtelijk wegenstelsel. De verkeersregels zijn wat anders dan in Nederland, maar veel komt met elkaar overeen. Een groot voordeel is het rijden door rood als je rechtsaf gaat. Op veel wegen is dit toegestaan als de mogelijkheid er is en daardoor rijdt het veel beter door. Wat ik wel erg bizar vind is de snelheid waarmee er door de stad wordt gereden. Op de grote wegen mag je vaak 55 mph, dat is bijna 90 km per uur.
Als we in Palmdale wonen ga ik mijn Californisch rijbewijs proberen te halen, maar dat lijkt me geen groot probleem.

Het weer:
Waar we in Nederland met z’n allen verzuchten dat het alweer regent, snakken ze in Palmdale naar een regenbui. Ik heb me laten vertellen dat het maar een aantal dagen per jaar regent en de droogte is merkbaar en zichtbaar. Op dit moment mogen mensen maar 3x per week hun tuin sproeien om water te besparen. Daardoor zijn de gazons die in films altijd zo mooi groen zijn, nu veranderd in een gele droge vlakte. Als ik nog ruimte in onze koffers over heb, zal ik een regenbuitje meenemen naar Californië.DSC_7592
De temperatuur was vorige week behoorlijk hoog (voor onze begrippen). Het begon matig met 28 graden, maar tegen de tijd dat we naar huis gingen haalden we met gemak de 38 graden. In de woestijn bij de ingang van de vliegbasis kwam het kwik midden op de dag zelfs boven de 40 graden uit. Erg warm, maar door de lage luchtvochtigheid toch goed uit te houden.

Het was een week vol indrukken, te veel om allemaal te benoemen. In de komende 3 jaar zal ik hopelijk de tijd vinden om mijn bevindingen met jullie te delen en jullie een kijkje te geven in het Amerikaanse dagelijkse leven.

Birgit

Ik ben Birgit, 39 jaar jong en getrouwd met Bob. Stay at home mom, maar dat is drukker dan het het klinkt. Creatief bezig zijn en boeken lezen zijn mijn grootste hobbies.

Dit vind je misschien ook leuk...

Geef een reactie