Pesten
Deze week sprak ik met een vrouw over pesten. Zij vertelde hoe erg een kind in haar omgeving te lijden had onder het feit dat ze gepest wordt op school. Het was een erg verdrietig verhaal en het blijft door mijn hoofd spoken.
Natuurlijk is het niet voor het eerst, helaas, dat ik zo’n verdrietig verhaal hoor en ik vrees dat het ook niet voor het laatst zal zijn. Er is de laatste tijd veel te doen in de media over pesten. Toch is pesten niet alleen van deze tijd. Tijdens mijn basisschooltijd, in het stenen tijdperk, was het al een terugkerend thema. Ik kan me herinneren dat er een aantal kinderen waren die vaak het mikpunt waren. Ze werden belachelijk gemaakt, uitgescholden en ik denk ook geschopt en geslagen. Ik kan me niet alles meer herinneren, maar hoe anders zal dat zijn voor degenen die gepest werden. Ik denk dat zij nog heel erg veel er van weten en dat er situaties zijn die ze zich nog heel helder voor de geest kunnen halen. Ik was geen pestkop en ook geen meeloper. Toch heb ik die kinderen ook wel eens uitgescholden en gezegd dat ik geen vrienden met ze wilde zijn. Gelukkig kon ik met de kinderen die gepest werden ook leuk spelen en waren we ook vaak wél vrienden. Ik werd zelf ook niet gepest, niet structureel in ieder geval. Soms had ik ruzie en was ik een paar dagen een lijdend voorwerp, maar buiten dat kon ik met bijna iedereen goed overweg.
Er is een groot verschil tussen pesten, ruzie maken zoals kinderen dat nu eenmaal soms doen en het structureel pesten waar een kind ernstig onder lijdt.
Kinderen zijn geen volwassenen. Kinderen weten niet hoe ze conflicten moeten oplossen, dat moeten ze nog leren. Dat leren ze door ruzie te maken. Dat is niet leuk en er moeten grenzen aan gesteld worden, maar het is mijns inziens wel nodig. Ze moeten leren dat ze conflicten niet met geweld op moeten lossen, ze moeten leren dat je het niet altijd met elkaar eens hoeft te zijn en dat iedereen anders is. Ze moeten leren dat het prima is dat andere kinderen anders denken en anders zijn en bovenal moeten ze leren wie en hoe ze zelf zijn.
Kinderen die structureel gepest worden, hebben niet meer te maken met conflicten waarvan ze leren. Ze zijn het mikpunt geworden van, meestal, een groepje kinderen. Die kinderen beleven er plezier aan om iemand te treiteren, om wat voor redenen dan ook. De kinderen die gepest worden, leren er niks meer van, ze voelen zich diep ellendig.
Er zijn heel veel onderzoeken gedaan naar het waarom van pesten en er zijn evenveel theorieën over. Maar een oplossing is er na al die jaren niet. Ik ga me daar ook niet aan wagen, het is een erg complex probleem. Ik heb er ideeën over, maar lang niet genoeg om met een alles omvattend antwoord te komen.
Er waren twee dingen in het gesprek met die vrouw die me het meest raakten. Het eerste het intense verdriet dat er is om het pesten. Ik denk dat je je dat niet voor kunt stellen als je het niet zelf hebt meegemaakt. Het kind in kwestie is zo getraumatiseerd dat ze niet eens meer naar school durft en niet mee op kamp wil. Mijn hart breekt als ik aan dat kind denk, een kind moet onbezorgd door het leven gaan en genieten van alle dingen die op het levenspad komen in de kinderjaren. Ik hoop van harte dat er snel verbetering komt in de situatie.
Het tweede dat me raakte, in negatieve zin, is dat het de ouders van de pestkop geen aandeel willen hebben in het vinden van een oplossing. De ouders vinden het prima zo. Ik kan daar echt heel boos om worden. Als je als ouders al geen normen en waarden hebt, hoe gaat het dan ooit goed komen met je kind. Je kunt als ouder niet voorkomen dat je kind een pestkop wordt. Je kunt vanaf de geboorte normen en waarden meegeven, maar ieder mens is uniek, dus ook je eigen kind. Ik hoop dat ik mijn kinderen genoeg meegeef om te zorgen dat ze geen pestkop worden, dat ze de juiste keuzes maken. Op school worden ze beïnvloed door medescholieren en dat kan er voor zorgen dat ze, ondanks de pogingen van ouders, toch dingen gaan doen die niet juist zijn. Als je hoort dat je kind een pestkop is, dan vind ik dat je als ouder daar onmiddellijk iets mee moet doen. Ik vind dat je dan als ouder in moet grijpen. Er zijn zoveel hulpmiddelen beschikbaar om je te helpen om je kind te helpen. Ik zeg niet dat dit dé oplossing is om pesten tegen te gaan, maar als ouder kun je toch zeker een grote bijdrage daar aan leveren.
In de ideale wereld heeft iedereen een geweldig leven. Iedereen is lief voor elkaar, iedereen is gezond en heeft genoeg om te voorzien in de levensbehoeften. Helaas leven we niet in een ideale wereld en komt iedereen in zijn leven een dieptepunt tegen. Een kind hoeft zo’n dieptepunt niet te bereiken en daar moeten volwassenen voor zorgen!
“Verbeter de wereld, begin bij jezelf.” Een cliché, maar zeker waar…